Verlichting stoomlok

[evo]

Hoe werkt de verlichting van een (Duitse, periode III) stoomlok? Ik begrijp dat voor en achter allebei wit zijn, maar hoort er wanneer te branden? Voor alleen bij vooruit en achter alleen bij achteruit? Is dit hetzelfde bij een tenderlok als bij een lok met losse tender? Wat gebeurt er als een tenderlok achterstevoren trekt (bv bij een eindstation)?

Sorry als dit vaker gevraagd is, maar kon dit niet vinden met de zoekfunctie.

Groeten,
Edwin

[spoor65]

Edwin,

Je hebt dus eigenlijk jouw vraag zelf al beantwoord.

Wit is altijd in gebruik als frontlicht.
En dat betekend niet automatisch dat de witte lampjes op de kop van de loc zitten,
Frontlicht is het licht welke brand op de voorkant van de trein ongeacht of de ketel of de tender als eerste te zien is.

Dus domweg, ketel op kop in de rijriching/ wit licht aan de ketel kant
Tender op kop in de rijrichting/ wit licht aan de ketel kant.

sluitlicht zal natuurlijk normaal rood zijn, alleen zijn er niet zo gek veel modellen waar dit ook op verwerkt is.
wat trouwens maar goed is ook, daar vroeger meer met losse sluitlichten werd gewerkt, die gewoon aan de achterste wagon werd gehangen.

Of je nu een tenderloc hebt of een loc met sleeptender maakt niet uit, al werd normaal natuurlijk niet snel met een sleeptender achteruit gereden. tenminste niet over lange afstanden.

Mvg

Freddy

[evo]

Wit is altijd in gebruik als frontlicht.
En dat betekend niet automatisch dat de witte lampjes op de kop van de loc zitten,
Frontlicht is het licht welke brand op de voorkant van de trein ongeacht of de ketel of de tender als eerste te zien is.

Freddy, bedankt voor je snelle antwoord.
Als ik het goed begrijp zijn de lampjes die niet in de rijrichting zitten dus altijd uit?
Als dit zo is, zijn al mijn (oude, analoge) stoomloks dus fout, want daarbij brandt altijd voor en achter wit tegelijk.
Groeten,
Edwin

[spoor65]

Edwin,

Ja wat heet dan fout he, maar idd niet gebruikelijk, hoe oud zijn de bewuste locjes waar je dit mee hebt?
tegenwoordig hebben de modernere uitvoering gelukkig veelal wel wisselende verlichting met de rijrichting.

Mss is er iemand die jou kan adviseren omtrent aanpassen van het geheel.

mvg

Freddy

[evo]

Mss is er iemand die jou kan adviseren omtrent aanpassen van het geheel.

Dat was de reden van mijn vraag. Ik heb op dit moment een oude BR01 (met metalen kap) van Mtx uit elkaar liggen om aan te passen. Hij reed erg slecht en gisteren heb ik de zaak schoongemaakt, vooral alle electrische contacten en nu rijdt hij analoog weer als een zonnetje en kan ik een decoder in gaan bouwen, ik ga dan direct het lichtverhaal oplossen (met LEDs).
Groeten,
Edwin

[spoor65]

Edwin

Misschien dat Rob Fongers je hier wat meer info over kan geven, ik weet dat die graag met led`s bezig is en ze ook in loc`s inbouwd.

mvg

Freddy

[Saraan]

Ik heb geen kennis van het Duitse systeem, maar wel een beetje van het Belgische. De stoomlocomotieven hadden ofwel losse carbuurlampen die in elk depot verwisseld werden in het lampenhuis, ofwel vaste elektrische lampen, maar die kwamen pas later.

Een wit frontseinbeeld werd gebruikt voor het begin van de samenstelling (trein), en een rood voor het eind van de samenstelling. De kleur werd dikwijls gegeven door gekleurde voorzetglazen. Overdag konden hiervoor ook rode en witte schijven gebruikt worden. De witte schijven geraakten al snel in onbruik, maar de rode ronde schijven als sluitsein werd nog tot diep in de 20ste eeuw overdag gebruikt

Dus, als een locomotief een sleep een de haak heeft, zal deze geen wit of rood sluitseinen dragen langs achter. Een uitzondering hierop is eventueel een rangeerlok, dat een enkel wit seinbeeld toonde langs elke kant ´s nachts, overdag hoefde geen seinbeeld gedragen te worden.

Voor een trein in lijndienst was in Belgie 1 wit frontsein voldoende, links of centraal geplaatst. Twee kon ook, en het was zelfs courant om een of twee elektrische lampen te dragen, én een carbuurlamp. Deze hoefden niet tegelijk te branden. In België was het niet gebruikelijk om met 3 frontseinen te rijden.

Sluitseinen waren steeds een enkelvoudig rood sein (rode schijf of lantaarn) achteraan laag op de samenstelling, en een extra rood veiligheidssein uiterst rechts hoog geplaatste ter hoogte van het dak.

Een locomotief kon in vele andere regimes rijden (losse rit, hulpdienst, tegenspoor, ...) en telkens waren hiervoor weer andere seinbeelden voorzien met onder andere ook gekleurde vlaggen en fakkels.

Maar hoe dat het precies in Duitsland allemaal was, is waarschijnlijk weer een ander verhaal.