DCC ombouw voorbeeld Roco V188
Geplaatst: 01 jul 2011 06:56
Ik heb onlangs een V188 van Roco omgebouwd naar DCC met 2 Kuehn N025 decoders en heb hievan wat foto's gemaakt. Omdat er regelmatig vragen over DCC ombouw zijn, dacht ik dat er misschien wel iemand baat bij zou hebben als ik hiervan een kort verslagje op het forum zet.
Allereerst ben ik natuurlijk gaan kijken naar wat anderen gedaan hebben, (o.a. hier:http://www.mtkb.de/ en hier:http://www.1zu160.net/digital/einbau.php). Wat ook vaak helpt (als je de originele handleiding niet hebt) is deze site: http://www.vdweerdt.nl/modelspoor.html.
Op die sites werd mij vooral duidelijk dat de motor veel stroom trok en warm wordt. Ik had geen zin in een motorombouw en ook wilde ik in dit geval geen bedrading tussen de 2 loks, dus heb ik ervoor gekozen om 1 decoder in elke lok te bouwen.
Ik haal altijd alle loks volledig uit elkaar voor de inbouw van een decoder en maak ze helemaal schoon (vooral de stroomafname). Dan zet ik ze weer in elkaar en test of ze goed rijden op een analoge trafo, vooral ook langzaam. Als dit niet het geval is, MOET altijd het probleem eerst opgelost worden, anders heeft een decoder inbouwen geen zin. In dit geval bleek het nut hiervan maar weer, want van 2 assen waren de tandwielen gebroken en dit leidde tot slecht (hortend) rijden. Ik heb gewoon de 2 tandwielen laten vervallen - elke lok wordt dus nu over 3 assen aangedreven i.p.v. 4.
Ik heb geen analoge treintrafos, dus ik test altijd met een voeding die ook de stroom weergeeft. Het bleek dat voor de schoonmaak de loks ongeveer 400mA per stuk trokken en na de schoonmaak ongeveer 250.
Na het loskoppelen van de loks en het verwijderen van de kappen bleek dat er redelijk wat ruimte is en het geen probleem was om hierin een kuehn kwijt te kunnen als ik een stukje van het printje laat vervallen. Op de eerste foto zie je op de voorgrond het origineel en op de achtergrond het eindresultaat.
Om de decoders een mooi vlak stukje metaal te geven om ze in te bouwen heb ik van het bovenste chassisdeel een paar stukjes weggefreesd met een dremel. (foto voor en na het frezen).
Toen heb ik het printje net achter het lampje doorgezaagd. Het rechtse stuk komt te vervallen.
Doordat nu de lipjes voor de stroomopname verdwenen zijn, heb ik een IC voetje gesloopt en pennetjes op de stroomopname naar de wielen gesoldeerd. Dit is handig, omdat deze als stekkertjes gebruikt kunnen worden.
Vervolgens heb ik de zaak weer in elkaar gezet, klaar voor de decoder.
Met een druppeltje dikke secondenlijm heb ik de decoder op het chassis gelijmd, ervoor zorgend dat het metaal van het printje nergens contact maakt met het chassis. De witte (of gele) draad gaat naar het lampje. Aan de rode en zwarte draadjes van de decoder heb ik een IC voetje gesoldeerd, zodat die in de stroomafnemers geprikt kunnen worden. Omdat in deze lok beide polen van het lampje geïsoleerd zijn van het chassis (meestal is dit niet het geval), moet een van beide polen via het lampje lopen (in de foto de rode draad). Tenslotte worden de grijze en oranje draad met de beide polen van de motor verbonden. Ik heb dit rechtstreeks op de koolborstelhouders gesoldeerd, maar ik heb ze hiervoor wel even losgekoppeld, omdat je anders het risico loopt om het kunststof motorhuis te smelten. LET OP: bij de meeste loks is een van beide motorpolen met het chassis verbonden, deze verbinding MOET verwijderd worden.
Hier is dan het eindresultaat. Omdat een van de loks altijd vooruit rijdt en de andere achteruit, heb ik in de ene het gele draadje voor de lamp gebruikt en in de andere het witte. De andere komt te vervallen. Normaal gesproken gebruik je ze natuurlijk beide.
Tenslotte het instellen van de decoder en proefrijden. Omdat ik het originele lampje wilde behouden (geen LED ombouw) heb ik de dim functie (CV55) gebruikt om de lampje wat minder heet te maken. Ik heb geen snelheidscalibratie gedaan, maar ik vond dat de loks veel te hard reden, dus heb CV5 behoorlijk omlaag bijgesteld. Bij het individuele testen kwam ik erachter dat de ene lok veel harder wilde rijden dan de ander. Als ik ze aan elkaar verbond zonder kardankoppeling stond er altijd één te slippen. Daarom heb ik verschillende waarden van CV5 ingesteld. Het kardanasje heb ik permanent laten vervallen, want zelfs toen ze even hard reden, en ik met kardanas testte, werd er altijd één motor heet en bleef er één koud. Zonder asje worden ze allebei warm.
Zie onderstaande link voor wat foto's in actie op de baan.
Allereerst ben ik natuurlijk gaan kijken naar wat anderen gedaan hebben, (o.a. hier:http://www.mtkb.de/ en hier:http://www.1zu160.net/digital/einbau.php). Wat ook vaak helpt (als je de originele handleiding niet hebt) is deze site: http://www.vdweerdt.nl/modelspoor.html.
Op die sites werd mij vooral duidelijk dat de motor veel stroom trok en warm wordt. Ik had geen zin in een motorombouw en ook wilde ik in dit geval geen bedrading tussen de 2 loks, dus heb ik ervoor gekozen om 1 decoder in elke lok te bouwen.
Ik haal altijd alle loks volledig uit elkaar voor de inbouw van een decoder en maak ze helemaal schoon (vooral de stroomafname). Dan zet ik ze weer in elkaar en test of ze goed rijden op een analoge trafo, vooral ook langzaam. Als dit niet het geval is, MOET altijd het probleem eerst opgelost worden, anders heeft een decoder inbouwen geen zin. In dit geval bleek het nut hiervan maar weer, want van 2 assen waren de tandwielen gebroken en dit leidde tot slecht (hortend) rijden. Ik heb gewoon de 2 tandwielen laten vervallen - elke lok wordt dus nu over 3 assen aangedreven i.p.v. 4.
Ik heb geen analoge treintrafos, dus ik test altijd met een voeding die ook de stroom weergeeft. Het bleek dat voor de schoonmaak de loks ongeveer 400mA per stuk trokken en na de schoonmaak ongeveer 250.
Na het loskoppelen van de loks en het verwijderen van de kappen bleek dat er redelijk wat ruimte is en het geen probleem was om hierin een kuehn kwijt te kunnen als ik een stukje van het printje laat vervallen. Op de eerste foto zie je op de voorgrond het origineel en op de achtergrond het eindresultaat.
Om de decoders een mooi vlak stukje metaal te geven om ze in te bouwen heb ik van het bovenste chassisdeel een paar stukjes weggefreesd met een dremel. (foto voor en na het frezen).
Toen heb ik het printje net achter het lampje doorgezaagd. Het rechtse stuk komt te vervallen.
Doordat nu de lipjes voor de stroomopname verdwenen zijn, heb ik een IC voetje gesloopt en pennetjes op de stroomopname naar de wielen gesoldeerd. Dit is handig, omdat deze als stekkertjes gebruikt kunnen worden.
Vervolgens heb ik de zaak weer in elkaar gezet, klaar voor de decoder.
Met een druppeltje dikke secondenlijm heb ik de decoder op het chassis gelijmd, ervoor zorgend dat het metaal van het printje nergens contact maakt met het chassis. De witte (of gele) draad gaat naar het lampje. Aan de rode en zwarte draadjes van de decoder heb ik een IC voetje gesoldeerd, zodat die in de stroomafnemers geprikt kunnen worden. Omdat in deze lok beide polen van het lampje geïsoleerd zijn van het chassis (meestal is dit niet het geval), moet een van beide polen via het lampje lopen (in de foto de rode draad). Tenslotte worden de grijze en oranje draad met de beide polen van de motor verbonden. Ik heb dit rechtstreeks op de koolborstelhouders gesoldeerd, maar ik heb ze hiervoor wel even losgekoppeld, omdat je anders het risico loopt om het kunststof motorhuis te smelten. LET OP: bij de meeste loks is een van beide motorpolen met het chassis verbonden, deze verbinding MOET verwijderd worden.
Hier is dan het eindresultaat. Omdat een van de loks altijd vooruit rijdt en de andere achteruit, heb ik in de ene het gele draadje voor de lamp gebruikt en in de andere het witte. De andere komt te vervallen. Normaal gesproken gebruik je ze natuurlijk beide.
Tenslotte het instellen van de decoder en proefrijden. Omdat ik het originele lampje wilde behouden (geen LED ombouw) heb ik de dim functie (CV55) gebruikt om de lampje wat minder heet te maken. Ik heb geen snelheidscalibratie gedaan, maar ik vond dat de loks veel te hard reden, dus heb CV5 behoorlijk omlaag bijgesteld. Bij het individuele testen kwam ik erachter dat de ene lok veel harder wilde rijden dan de ander. Als ik ze aan elkaar verbond zonder kardankoppeling stond er altijd één te slippen. Daarom heb ik verschillende waarden van CV5 ingesteld. Het kardanasje heb ik permanent laten vervallen, want zelfs toen ze even hard reden, en ik met kardanas testte, werd er altijd één motor heet en bleef er één koud. Zonder asje worden ze allebei warm.
Zie onderstaande link voor wat foto's in actie op de baan.